Mild 125-136 mmol/L; ernstig < 125 mmol/L
Eerste overwegingen (zie ook Tools Algoritmes 1 en 2)
- Is sprake van een acute hyponatriëmie (daling >15 mmol/l in < 48 uur) of symptomatische hyponatriëmie (zie symptomen) en daarom een indicatie voor behandeling met hypertoon zout?
- Wat is de serumosmolaliteit? Differentieer tussen:
- Hypotone hyponatriëmie (meest voorkomend)
- Normotone hyponatriëmie (meestal door pseudohyponatriëmie = lab artefact)
- Hypertone hyponatriëmie (meestal door hyperglykemie ≠ pseudohyponatriëmie).
- Let op: de diagnostiek van hypotone hyponatriëmie wordt bemoeilijkt bij aanwezigheid van niet-effectieve osmolen (ureum, alcohol), omdat de gemeten serum osmolaliteit dan normaal of verhoogd kan zijn!
- Is er een antidiuretisch effect (urine osmolaliteit > 100 mOsm/kg maar meestal urine > serum osmolaliteit) en zo ja, waarom?
Matig ernstig: Misselijkheid zonder braken, verwardheid, hoofdpijn
Ernstig: Braken, cardiorespiratoire verslechtering, somnolentie, insulten, coma (GCS < 8)
Hoeveel gedronken, medicatie, braken, diarree (thiazide diuretica, anti-epileptica, anti-depressiva, anti-psychotica), drugs (Ecstasy), braken, diarree, langdurige inspanning (marathon).
Tekenenen van hypovolemie of hypervolemie (bloeddruk, oedeem, ascites, verhoogde CVD).
Geef feedback
Indien u vragen of opmerkingen heeft over de inhoud van deze pagina kunt u hier feedback geven aan de redactie van Het Acute Boekje.