Gedragsontregelingen bij geïntoxiceerde patiënten kunnen het gevolg zijn van de intoxicatie zelf (bijvoorbeeld amfetamine, ecstasy (MDMA), cocaïne, phencyclidine, LSD, nieuwe psychoactieve stoffen (NPS) alcohol), onttrekking aan dempende middelen (GHB, alcohol, benzodiazepines, opiaten), maar ook door een somatische complicatie van deze stoffen of de onttrekking. Ook psychiatrisch onderliggend lijden kan de oorzaak zijn van de gedragsstoornis of de geagiteerdheid.
Hypertensie, tachycardie, zweten, tachypnoe.
Hoewel het soms lastig is om te communiceren met acuut verwarde (of zelfs agressieve) patiënten verdient de patiënt tenminste één verbale poging om hem/haar tot rust te laten komen. Daarnaast is de volgende informatie interessant: middel(en), dosis, tijdstip van inname, gewicht van de patiënt (inschatting ernst in mg/kg), overig medicatie-gebruik en voorgaande medische/psychiatrische behandelingen.
Er is maar weinig hoogkwalitatief onderzoek gedaan naar de beste farmacologische benadering van de geagiteerde en/of verwarde patiënt. Een uitgebreidere beschouwing hiervan is terug te vinden in de NIV richtlijn ‘Intoxicaties: eerste opvang in het ziekenhuis’.
- Lorazepam 2-4 mg i.v. of i.m. is het middel van voorkeur bij stimulantia of sympathicomimetische middelen (amfetaminen, ecstasy, cocaine, etc.).
- Haloperidol 5 mg p.o. of i.m.
- Bij ernstige agressie kunnen lorazepam (diazepam) en haloperidol gecombineerd worden.
- Bij alcoholintoxicatie gaat de voorkeur uit naar haloperidol (vergeet thiamine suppletie niet). In principe geen glucose toedienen voordat thiamine gegeven is (tenzij er sprake is van een symptomatische hypoglykemie)
- Haloperidol is geassocieerd met dystonie en QTc-tijd verlengingen. Observatie is noodzakelijk nadat dit gegeven is.
- Bij milde onttrekkingsverschijnselen (van o.a. opiaten, benzodiazepinen) kan volstaan worden met clonidine (75 ug bolus i.v. en nadien op geleide van symptomen 300-2400 ug/24 uur i.v., in stappen van 300 ug ophogen/verlagen). In uitzonderlijke gevallen kan nog (veel) meer gegeven worden. Overleg dan met het NVIC (030-274 88 88) en/of de ziekenhuisapotheker.
- Bij geagiteerdheid door onttrekking van GHB dient z.s.m. medicinaal GHB toegediend te worden. Voor een doseringsadvies zie op www.nispa.nl. Dit is niet in ieder centrum beschikbaar: overleg met de ziekenhuisapotheker.
* afhankelijk van tolerantie op basis premorbide BZD en/of alcoholgebruik
Geef feedback
Indien u vragen of opmerkingen heeft over de inhoud van deze pagina kunt u hier feedback geven aan de redactie van Het Acute Boekje.