Triggers acuut hartfalen:
- Acuut Coronair Syndroom
- Tachyaritmieën (bv. atriumfibrilleren, ventriculaire tachycardie)
- Infectieus (bv. sepsis, pneumonie, urineweginfectie)
- Therapie-ontrouw (medicamenteus, vocht- en zoutbeperking)
- Bradyaritmieën
- Toxische substanties (alcohol, drugs)
- Medicatie (NSAIDs, corticosteroïden, negatieve inotrope medicatie, chemotherapie)
- Exacerbatie COPD
- Longembolie
- Chirurgische, peri-operatieve complicaties
- Toegenomen sympatische drive, stress gerelateerde cardiomyopathie
- Metabole/hormonale dysregulatie (hypo-/hyperthyreoïdie, DKA, adrenerge dysfunctie, zwangerschap, peripartum en cardiomyopathie)
- Cerebrovasculair accident
- Acuut mechanisch (papillair spierruptuur, vrije wand ruptuur, ventrikelseptumruptuur), thoraxtrauma, acute klepdysfunctie (natief of prothese), dissectie
Behandeling van acuut hartfalen met systolische dysfunctie hangt met name af van de systolische bloeddruk (zie Tools: Behandeling Hartfalen).
Beleid/therapie:
- O2 (tot 15 L/min). Effect controleren (arterieel bloedgasanalyse/pulse oximetrie)
- Neusbril of non-rebreathing masker (streefsaturatie 94-98%)
- Via continuous positive airway pressure (CPAP) bv. middels Boussignac-systeem of non-invasive positive pressure ventilation (NIPPV)
- Rechtop in bed, ook als patiënt een lage bloeddruk heeft.
- Diuretica (in geval van overvulling):
- Furosemide 40 mg i.v., zo nodig herhalen (urineproductie controleren met verblijfskatheter)
- Bij onvoldoende effect hogere dosis geven (m.n. te verwachten bij patiënten met gestoorde nierfunctie)
- NB: Furosemide-doses hoger dan 120 mg moeten langzaam worden gegeven, b.v. 250 mg in 15 min, evt. kan furosemide via een pomp worden toegediend 250 mg per 6 à 12 uur.
- Vaatverwijders, in geval van hypertensief acuut hartfalen
- Gestart kan worden met nitraat sublinguaal elke 5 minuten in afwachting van i.v.-behandeling. Dit kan in principe bij systolische bloeddruk > 100 mmHg en is te overwegen bij een systolische bloeddruk > 85 mmHg.
- Nitroglycerine 10-20 μg/min i.v.
- Isosorbidedinitraat 1 mg/uur i.v., zo nodig ophogen tot 10 mg/uur i.v.
- Eventueel wanneer bovenstaande interventies geen effect hebben nesiritide (bolus 2 μg/kg + 0,015-0,03 μg/kg/min)
- Positief inotrope middelen (op CCU) indien ofwel diuretica en vaatverwijders onvoldoende resultaat geven, ofwel sprake is van hypotensief hartfalen (SBP <85-90 mmHg) (zie Beleid van Cardiogene shock).
- Dobutamine 2-20 μg/kg/min i.v. ophogen op geleide van de kliniek, te weten effect op met name bloeddruk (streef SBP > 90 mmHg) en diurese (streef > 10 cc/uur).
- Milrinone (phosphodiësterase–III-inhibitor) bolus 25-75 μg/kg in 10-20 min +
- 0,375-0,75 μg/kg/min i.v. (evt. gecombineerd met dobutamine, additief effect) of enoximone.
- Norepinephrine 0,2-1,0 μg/kg/min i.v. (bij shock)
- Bij combinatie van hartfalen en boezemfibrilleren:
- Indien hemodynamische instabiliteit: spoedcardioversie (zie Behandeling van Smal complex tachycardie)
- Digoxine opladen: 0,5 mg intraveneus gevolgd door 0,25 mg met een interval van 4 uur tot in totaal maximaal 1,5 mg
- Amiodaron [Cordarone®] 150-300 mg in 10-30 min i.v., bij voorkeur via een centrale lijn
- Therapie gericht op oorzaak (zie Oorzaken):
- Behandeling ritmestoornissen
- Primaire PCI bij infarct
- Thiamine 250 mg bij verdenking B1-deficiëntie
- Overleg met nefroloog bij overvulde dialysepatiënt
- Morfine 2,5-5 mg s.c. of i.v. kan worden overwogen ter behandeling van dyspnoe, echter risico op misselijkheid en bradypneu.
- Bij ernstig gestoorde gaswisseling en onvoldoende effect op eerste therapie:
- (Boussignac) CPAP of NIPPV beademing starten/continueren op CCU
- Bilevel positive pressure support (BiPAP) beademing/intubatie op IC
Geef feedback
Indien u vragen of opmerkingen heeft over de inhoud van deze pagina kunt u hier feedback geven aan de redactie van Het Acute Boekje.