Een bijniercrisis is potentieel levensbedreigend. Een bijniercrisis kan uitgelokt worden bij patinten met een bijnierschorsinsufficiëntie door een infectie, operatieve ingreep, trauma, partus, hevige pijn, ernstige psychische stress, en indien orale glucocorticoïden onvoldoende kunnen worden opgenomen zoals bij aanhoudend braken, diarree of ernstige ziekte. Soms kan een bijniercrisis ontstaan na start van thyroxinebehandeling bij een nog onbekende bijnierschorsinsufficiëntie. Een deel van de mensen met een bijnierschorsinsufficiëntie presenteert zich voor het eerst met een bijniercrisis.
Moeheid, algehele malaise, zwakte, anorexie, buikpijn, misselijkheid, diarree, duizeligheid, gewrichts- en spierpijn.
Bovenstaande klachten (zie: symptomen).
Gewichtsverlies, zouthonger (bij primaire bijnierschorsinsufficiëntie), nagaan van gebruik steroïden (cutaan, intra-articulaire injecties, inhalatie, oraal), nagaan voorgeschiedenis t.a.v. aandoeningen beschreven bij oorzaken, aanwezigheid van/aanwijzingen voor polyglandulair syndroom.
Bewustzijnsdaling, verwardheid, (orthostatische) hypotensie, tachycardie, tekenen van dehydratie, hyperpigmentatie huid en/of slijmvliezen (bij primaire bijnierschorsinsufficiëntie), koorts.
Bloedgasanalyse, Na, K, glucose, calcium, albumine, kreatinine, CRP, leukocyten met differentiatie. Bij de novo bijnierschorsinsufficiëntie: cortisol en ACTH (ACTH: EDTA-plasma, direct na afname op ijs naar laboratorium). Random cortisol >500 nmol/l sluit een bijnierschorsinsufficiëntie uit.
Een bijniercrisis wordt m.n. uitgelokt door een onderliggende infectie, dus focusonderzoek is noodzakelijk.
Geef feedback
Indien u vragen of opmerkingen heeft over de inhoud van deze pagina kunt u hier feedback geven aan de redactie van Het Acute Boekje.