Patiënten met een maligniteit ervaren regelmatig dyspnoe. Oorzaken van acute dyspnoe zijn o.a. longembolieën (maligniteit en oncologische behandeling verhogen het risico op veneuze trombose), longmetastasen, hemoptoe bij longmetastasen, (maligne) pleuravocht, vena cava superior syndroom, medicatie geassocieerde decompensatio cordis bij een afgenomen ejectiefractie (o.a. anthracyclines, trastuzumab), medicatie geassocieerde coronairspasmen (capecitabine, 5-FU), immunotherapie geassocieerde cardio-pulmonale toxiciteit (o.a. pneumonitis) en een tamponade bij maligne pericarditis. Daarnaast kan acute dyspnoe ontstaan als complicatie na een chirurgische interventie (bijv. naadlekkage, mediastinitis).
Bekend met een (gemetastaseerde) maligniteit, longmetastasen, pleuritis of pericarditis carcinomatosa? Dyspnoe? Hemoptoe? Gebruik antistolling? Gebruik cardio- of pulmotoxische medicatie? Aanwijzingen DVT?
Bloedbeeld, stolling CRP kreatinine, troponine-T, CK-MB, NT-proBNP. Een D-dimeer is bij maligniteiten vaak verhoogd en heeft alleen bij een negatieve uitslag een toegevoegde waarde ter uitsluiting van een DVT/longembolie.
X-thorax en/of CT-thorax (afhankelijk van vraagstelling HR-CT, CT-angio), ECG, (diagnostische en/of ontlastende) pleurapunctie.
Het beleid en behandeling zijn afhankelijk van de oorzaak, zie tabel.
Ter palliatie kunnen bij acute dyspnoe extra zuurstof en morfine worden gegeven.
Tabel: oorzaken en beleid bij acute dyspnoe bij patiënten met een maligniteit
|
Diagnose
|
Specifieke diagnostiek/NB
|
Behandeling
|
Vasculair
|
Longembolie
|
Zie Longembolie
|
Zie Longembolie
|
Massale hemoptoe
|
CT-angiografie om bloedingsfocus vast te stellen.
Zie Hemoptoe
|
Zeer acuut: palliatieve sedatie
Zo mogelijk coiling a. bronchialis (na overleg longarts/interventie-radioloog).
Bij beperkte bloeding lokale therapie (bronchoscopische debulking of coagulatie).
|
Vena cava superior syndroom
|
Zie vena cava superior syndroom
|
8 mg dexamethason, volgende opties ter overweging:
- stent (interventieradioloog).
- antistolling bij trombus.
- radiotherapie.
- chirurgie (o.a. thymoom, restlaesie germ cell tumor).
- overweeg systeemtherapie indien een snelle tumor respons verwacht kan worden.
|
Pulmonaal
|
Obstructie bronchus/ trachea o.b.v, metastasen
|
Evt. bronchoscopie.
|
- 8 mg dexamethason.
- Overleg longarts/radiotherapeut over stent/radiotherapie.
- Overweeg systeemtherapie indien een snelle tumor respons verwacht kan worden.
|
Obstructiepneumonie
|
Als pneumonie (o.a. sputumkweek, bloedkweek), Zie CAP
|
Antibiotica volgens lokaal protocol, zie ook CAP.
Ter overweging steroïden bij obstructie.
Overleg longarts/radiotherapeut over stent/radiotherapie.
|
Lymfangitis carcinomatosa
|
CT, voorkeur HR-CT
|
Hoge dosis prednisolon.
|
Pleuravocht
|
Pleurapunctie (maligne cellen?), Zie Pleuravocht
|
Ontlastende drainage en evt. daarna pleurodese bij aangetoonde pleuritis carcinomatosa.
|
Pneumonitis
|
HRCT
|
Staken oorzakelijk agens
Start prednisolon 2 mg/kg, m.n. bij checkpoint inhibitors
|
Cardiaal
|
Coronairspasmen
|
Pijn op de borst bij anamnese, ECG
|
NTG, opname CCU, evt. stop capecitabine/5-FU.
|
Decompensatio cordis
|
Echo cor, zie Acuut hartfalen.
|
zie Acuut hartfalen.
|
Tamponade
|
Pulsus paradoxus bij lichamelijk onderzoek, microvoltages op ECG, echo cor (instroombelemmering?)
|
Pericarddrainage door cardioloog.
|
Geef feedback
Indien u vragen of opmerkingen heeft over de inhoud van deze pagina kunt u hier feedback geven aan de redactie van Het Acute Boekje.