Het ontstaat door een gestoorde centrale regulatie van de temperatuur, een overmatige warmteproductie en/of een tekort schietende warmteafgifte. Warmteafgifte kan daarbij worden belemmerd door een hoge omgevingstemperatuur en/of luchtvochtigheid. De meest voorkomende toxicologische oorzaken die kunnen leiden tot hyperthermie zijn:
- Drugs met stimulerende effecten (oa cocaïne, amfetaminen, XTC, nieuwe psychoactieve stoffen)
- Onttrekking van drugs met dempende effecten (o.a. GHB, benzodiazepinen, alcohol)
- Geneesmiddelen en toxines met anticholinerge effecten (o.a. tricyclische antidepressiva)
Zie voor de differentiaal diagnostische overwegingen bij hyperthermie. Belangrijke differentiaal diagnostische overwegingen zijn:
- Serotonine syndroom (o.a. SSRI’s)
- Maligne antipsychotica syndroom (diverse antipsychotica)
- Maligne hyperthermie
- Primair neurologische pathologie (o.a. hypothalame pathologie, intracerebrale bloedingen, insulten)
- Verhoogd metabolisme (o.a. hyperthyreoïdie, feochromocytoom)
- Infectie (o.a. meningitis)
- Extreme agitatie
Neurologische uitval variërend van hoofdpijn en verwardheid tot coma en insulten, tachycardie, hypotensie, misselijkheid en braken. Agitatie en motorische onrust.
Vraag gericht naar ingenomen middelen en eventuele onttrekking op basis van afhankelijkheid van middelen, in het bijzonder GHB, alcohol, opiaten en benzodiazepinen. Ingenomen middelen kunnen versterkende interacties vertonen met reguliere medicatie; breng derhalve alle ingenomen middelen in kaart.
Volg de ABCDE-methodiek. Let daarbij specifiek op tekenen van een sympathicomimetisch toxidroom (tachycardie, hypertensie, mydriasis, transpireren) en verhoogde spiertonus en hyperreflexie als tekenen van een serotonerg of maligne antipsychotica syndroom. Mydriasis komt voor bij zowel een sympathicomimetisch als een anticholinerg syndroom. In tegenstelling tot het sympathicomimetisch syndroom waarbij de pupilreflex op licht intact is, is de pupilreflex op licht bij een anticholinerg syndroom afwezig.
Verricht laboratoriumonderzoek zoals bij een hyperthermie geadviseerd. Daarnaast kan eventueel een urine toxscreen worden verricht. Daarbij zij opgemerkt dat positieve uitslagen kunnen wijzen op een actuele intoxicatie, maar ook kunnen passen bij blootstelling in de voorafgaande dagen. Daarnaast kan de urine toxscreen negatief zijn, bijvoorbeeld doordat nieuwe psychoactieve stoffen lang niet altijd kruisreageren met amfetaminen of MDMA. Daarnaast kan GHB gebruik niet met de urine tox screen worden aangetoond. In sommige centra kan GHB via een sneltest in de urine bepaald woerden. Overleg met de ziekenhuisapotheker.
Maak een ECG en een X-thorax.
Streef naar een snelle daling tot onder de 39 graden in het eerste half uur. De behandeling berust op twee belangrijke pijlers: het stoppen van de warmte productie enerzijds en het afvoeren van warmte anderzijds. Stop de warmteproductie door adequate behandeling van eventuele onrust met benzodiazepinen (zo nodig aangevuld met verslapping en intubatie). Zorg daarnaast voor snelle rehydratie met NaCl 0.9% en koel agressief. Voorkom onnodig tijdsverlies en zet alle lokaal beschikbare middelen parallel in. Denk daarbij onder andere aan evaporatief koelen (ontkleden, huid natmaken, ventilatoren), een koelmatras en gekoelde infusievloeistof.
Bovenstaande maatregelen vormen in alle gevallen de basis van de behandeling en dienen altijd te worden ingezet. Daarnaast kan in geselecteerde gevallen (maligne hyperthermie uitgelokt door anesthetica, maligne antipsychotica syndroom en een fenelzine intoxicatie) een aanvullende behandeling met dantroleen worden overwogen. Voor andere vormen van hyperthermie is het nut van dantroleen niet aangetoond, het gebruik ervan wordt in deze gevallen dan ook afgeraden. Alhoewel ook het serotonerg syndroom in eerste instantie behandeld dient te worden met benzodiazepinen, kan specifieke behandeling in de vorm van serotonine antagonisten worden overwogen. Neem hiervoor contact op met het NVIC en/of de ziekenhuisapotheker. Agitatie op basis van GHB onttrekking reageert over het algemeen slecht op benzodiazepinen. Vroeg starten met medicinaal GHB is in dergelijke gevallen essentieel om de onrust en daarmee de warmte productie te behandelen. Voor doseringsadviezen wordt verwezen naar de “practice based handleiding GHB onttrekking in het ziekenhuis” van de NISPA.
Antipyretica zijn bij hyperthermie niet effectief.
Geef feedback
Indien u vragen of opmerkingen heeft over de inhoud van deze pagina kunt u hier feedback geven aan de redactie van Het Acute Boekje.